1. Personaliseer je brief
Zorg ervoor dat je je brief adresseert aan de juiste persoon, redacteur of uitgever. Het klinkt misschien alsof we hiermee een gigantische open deur intrappen, maar het gaat vaker fout dan je zou denken. Door je brief verkeerd te adresseren, verklein je de mogelijkheid dat een uitgever met je in zee wil gaan drastisch. Zorg er dus voor dat je de adresgegevens en de aanhef altijd nog een keer controleert voor je je manuscript opstuurt.
2. Houd het kort en bondig
Schrijvers houden van schrijven. Dat hoeven we jou als kersverse auteur natuurlijk niet uit te leggen, maar daarom zijn ze al snel geneigd sterk uit te wijden. Houd er rekening mee dat uitgevers beperkte tijd hebben en een korte en bondige brief daarom meer zal bereiken. Probeer je brief het liefst op één kantje van een A4’tje te houden. De belangrijkste punten om in je brief mee te nemen zijn een korte introductie, een samenvatting van je boek en waarom je gekozen hebt voor deze uitgever of waarom je boek past binnen hun fonds.
3. Vertel iets over jezelf
Begin je brief met een korte biografie. Wie ben jij? Wat is jouw schrijfervaring? Heb je al eerder boeken uitgegeven? Ook hiervoor geldt: houd het kort en bondig. Het is niet de bedoeling dat je een volledig levensverhaal opschrijft, maar dat je kijkt naar wat belangrijk is voor de uitgever om over jou te weten.
4. Maak de lezer enthousiast
Door te laten zien waarom jij enthousiast bent over het boek dat je geschreven hebt, kun je ook enthousiasme opwekken bij de lezer van je begeleidende brief. Laat kort weten waarom je je boek geschreven hebt en waarom je denkt mensen jouw werk zouden willen of moeten lezen.
5. Schrijf een samenvatting
Het schrijven van je samenvatting is misschien wel het lastigst om te doen. Hoe ga je van een boek van zoveel bladzijdes naar enkele zinnen die de kern van je boek beschrijven? Neem in ieder geval mee welk genre het betreft, wat het hoofdthema is en wie de belangrijkste personages zijn. Sommige uitgevers lezen alleen het begeleidend schrijven met de samenvatting, voordat ze besluiten om een manuscript wel of niet te lezen. Ze beoordelen dan bijvoorbeeld op basis van het genre en de personages of een boek wel of niet binnen het fonds past. Houd dat in je achterhoofd wanneer je je samenvatting schrijft.
6. Vermijd standaardzinnen en clichés
In begeleidende brieven zijn we vaak geneigd om te vervallen in standaardzinnen en clichés, maar op die manier laat je niet zien dat je uniek bent. Door ervoor te zorgen dat je een eigen toon en schrijfstijl hebt in je brief, kun je er voor een uitgever uitspringen. Zo komen we vaak zinnen als “Ik schrijf al van jongs af aan” tegen, maar vertellen weinig schrijvers wat ze precies schreven toen ze op de basisschool zaten.
7. Controleer de spelling en grammatica
Dit lijkt misschien weer zo’n open deur, maar vergeet niet dat je begeleidende brief je visitekaartje is. Dat er, na grondig herlezen en herschrijven, misschien nog wat taalfouten in je manuscript zitten, dat kan natuurlijk gebeuren. Maar wanneer een uitgever in een korte brief al spel- en taalfouten tegenkomt, zal dit een slechte eerste indruk geven. Laat je brief na het schrijven even een paar dagen liggen en herlees/herschrijf deze wanneer je wat afstand hebt genomen en met een frisse blik naar je eigen schrijven kijkt. Ook kun je overwegen om iemand je brief te laten lezen en voorzien van feedback voordat je deze verstuurt.
En nu?
Je manuscript is klaar en je begeleidende brief is perfect: tijd om de uitgevers aan te schrijven. Ook wij zijn altijd op zoek naar nieuwe verhalen en nieuw schrijftalent en horen graag van je. Op deze pagina lees je hoe je ons je manuscript kunt versturen en hoe we daar mee omgaan.